De Week van de Waarheid

Er wordt wel eens gezegd 'Voetbal is oorlog'. Maar deze week is nog eens duidelijk gebleken dat dat niet klopt want 'Voetbal is oorlog om geld'. Iedereen probeert er zoveel mogelijk uit te puren voor zichzelf: spelers, managers, bonden en hun verantwoordelijken, sommige figuren binnen grote clubs, gokbedrijven, …  Een grote Amerikaanse bank dacht met de Super League het gouden ei van Columbus naar Europa te exporteren en de topclubs sprongen meteen mee in het graaibad. Maar er ontstak een storm, neen een orkaan in de Europese voetbalwereld, niet in het minst bij UEFA die zelf zijn vetpotten al zag wegsmelten. Kleine voetballandjes – op clubniveau – als België zouden daarin ook helemaal niks meer te betekenen gehad hebben. Kevin De Bruyne – alias KDB van Bolderberg – deed een oproep om vooral de voetbalsport zelf niet in het gedrang te brengen. Hij had gelijk. Nu, met een potentiële verdienste van 490.000 euro per week – en dat gun ik hem van harte - zit Kevin sowieso al iets boven het gemiddelde inkomen in de Bolderbergse villawijken. 

Maar het miljardenspel dat deze week werd opgevoerd is toch een klap in het gelaat van de clubs die in deze coronacrisis alles doen om zelfs te overleven, van hun vrijwilligers die in het beste geval een drankbonnentje krijgen om het gazon te maaien, de kantine te runnen of de administratie te doen, van de ouders die jaarlijks honderden euro’s moeten veil hebben om hun kinderen te laten sjotten, en voor de voetbalsupporter die jaarlijks een pak neerdokt voor zijn abonnement bij een eersteklasseclub.

De abonnees van Genk kregen voor hun trouw (en bijdrage) een barbecuepakket om morgen de bekerfinale thuis gezellig te kunnen volgen, hopelijjk wordt de match even gekruid als de satés. Ook in Heusden-Zolder zullen heel wat supporters kauwend voor het scherm zitten, maar wellicht evenveel zullen blauw-wit de beker niet gunnen. Bij velen bezorgt het voetbalavontuur van Heusden-Zolder destijds nog zure oprispingen. Toen het toenmalige Heusden-Zolder één jaar in eerste klasse speelde zonder geschikt stadion, mochten ze ‘het heilige Genker gras’ voor een jaar huren. Toen een jaar later de degradatie en financiële problemen volgden, kwam er nog een aanbod uit Genk om de club om te dopen tot Genk B. Maar een club met de rug tegen de muur haar naam willen kopen, is hetzelfde als haar ziel ontnemen. Het werd dus een njet en een faillissement. En veel maagzuur in Heusden-Zolder, waardoor zeker niet iedereen morgenavond de barbecue zal ontsteken, misschien zullen er wel Luikse bouletten geserveerd worden. (Rik D. Dorpsfilosoof)69263