De aanloop naar gemeenteraadsverkiezingen verloopt altijd gespannen en er komen dan wel eens vetes aan de oppervlakte of er worden afrekeningen gemaakt. Maar nu kwam er een andere aap uit de mouw: het rapport dat Audit Vlaanderen vlak voor de zomer afleverde. Het gaat over bijkomende vergoedingen voor personeelsleden uit het management die het dossier van het ophaalmachinegebouw begeleidden. Het onderzoek daarover is dit voorjaar gevoerd, na een klacht van ex-schepen Bruno Buyse twee jaar geleden. Dat de conclusies zijn neergelegd terwijl de voorbereidingen voor de verkiezingen aan de gang waren, is voor de meeste politici een ongelukkig toeval en liefst van al laten ze die in de diepste kelderarchieven verdwijnen.
Het rapport noemt uiteraard
namen, en dan moet het in de geheime zitting van de gemeenteraad worden behandeld. Maar mag de bevolking - los daarvan - dan niet weten wat de conclusies zijn van Audit Vlaanderen? Besluiten die de vinger leggen op een aantal diepe wonden:
foute beslissingen en procedurefouten. Neen, in een democratie hebben de inwoners het recht om te weten wat er boven hun hoofd allemaal wordt verricht en wat er met hun belastinggeld gebeurt. Als we de conclusies van Audit Vlaanderen doornemen, zijn er heus geen moorden begaan, of diefstallen gepleegd, meer nog, er is meer dan 1 miljoen euro belastinggeld
bespaard. Maar Audit Vlaanderen wijst wel duidelijk op een heel aantal fouten, zowel in de toewijzing als uitvoering.
Toen destijds het grote en ingewikkelde dossier rond de restauratie van het ophaalmachinegebouw tot CVO en ZLDR Luchtfabriek en nadien cultuurcentrum werd opgestart, moest daar uiteraard een
projectbegeleiding worden voorzien. En dat zou veel geld kosten. Het managementteam had daarop een eigen voorstel uitgewerkt waarbij het extra uren zou presteren in ruil voor een bijkomende vergoeding en een aantal van hun vaste taken zouden tijdelijk naar andere personeelsleden gedelegeerd worden. Dat is in 2010 goedgekeurd voor de eerste fase (CVO en ZLDR Luchtfabriek) en in 2015 voor de tweede fase (cultuurcentrum). Het is dus in
twee beleidsperiodes langs twee verschillende meerderheden gepasseerd, meestal met steun van de oppositie in de gemeenteraad. Het feit dat alle politieke partijen het systeem mee goedkeurden, inclusief de juristen in hun rangen, verklaart hun grote discretie over het dossier. Zo hadden de ambtenaren helemaal geen bijkomende uren mogen krijgen, en dus mochten ze hier ook niet extra vergoed worden. Daarnaast heeft Audit Vlaanderen een heel aantal technische en administratieve opmerkingen op een rijtje gezet, allemaal zaken die niet volgens het boekje verlopen zijn.
De opstapeling van fouten die er gemaakt zijn, zijn dus een gedeelde verantwoordelijkheid van de politieke mandatarissen én het managementteam. Maar, hoewel sommigen hun kans misschien ruiken, moet het dossier uit de sfeer van de persoonlijke afrekeningen worden gehouden. Anderzijds, als er dingen moeten rechtgezet worden, dan moet dat gebeuren. En bovenal, er moet voor gezorgd worden, dat dit zich niet meer herhaalt. Niemand vindt het prettig om fouten openlijk toe te geven, maar het zou wel van moed getuigen om in dit geval open kaart te spelen. En moedige leiders, dat is wat inwoners verwachten in deze onzekere tijden. Het vertrouwen van de burger in politiek en administratie is al zo wankel, openheid is alvast één instrument om een broos herstel in te luiden. (Dirk Reynders - Internetgazet Heusden-Zolder)