Verdeeldheid over advies moskee-erkenning
Het advies voor de erkenning van de islamitische gemeenschap Sultan Ahmet zorgde voor behoorlijk wat verdeeldheid binnen de gemeenteraad. Woensdag al maakte minister Keulen bekend dat Sultan Ahmet samen met 5 andere Limburgse moskeeën in de running is voor een erkenning, tegen april zou alles rond moeten zijn. Eén van de stappen is het advies van de gemeenteraad. Jan Jans van het Vlaams Belang vond het raar dat in de moskee - in de Paquaylaan - 150 plaatsen voorzien zijn voor vrouwen en 300 voor mannen, tijdens het vrijdaggebed zouden er 500 tot 750 mensen zijn en Jans vroeg zich af hoe het zat met de veiligheid.
Maar het grote discussiepunt was de onvolledigheid van het dossier dat de moskeevereniging bij de gemeente had binnengebracht. Daarin ontbraken verschillende onderdelen, onder meer over de financiën. Peter Tielens, Gökay Elkilic (beiden Nieuw) en Danny Vanoppen (SP.a) namen schepen van integratie en diversiteit Marc Swevers op de korrel omdat hij niet beter met de moskeevereniging had overlegd om het dossier in orde te brengen. Maar volgens Swevers is dat hun eigen verantwoordelijkheid.
Milli Görus
Lode Schops (onafh) wees erop dat de dialoog met de Dyanetmoskee als enige overlegpartner nooit tot enig probleem heeft geleid en dat er met twee gesprekspartners in de Moslimgemeenschap misschien wel communicatiestoornissen komen.Volgens hem kan de connectie met de omstreden Milli Görusbeweging niet ontkend worden vermits de eigendomsacte van de moskee op naam van Milli Görus in Keulen staat. Opvallend was trouwens dat voor het eerst alle raadsleden van allochtone origine zich in de debatten mengden, ten voordele van de erkenning.
Op vraag van Peter Tielens werd gestemd om het punt uit te stellen tot het dossier volledig is. Maar dat werd verworpen. Dus bracht de raad een advies uit: de oppositie - en daarbinnen ook de fracties - stemde verdeeld, de meerderheid stemde pro, alleen Simonne Janssens-Vanoppen onthield zich omdat volgens haar een onvolledig dossier niet kan goedgekeurd worden. Maar dat deden de meeste raadsleden dus wel. En nu maar afwachten hoe minister Keulen het dossier zal beoordelen.1862